Karen maakte onlangs een reis door Peru. Onderdeel daarvan waren een tocht dwars door de Colca Canyon en de ’trek der trekkings’ naar Machu Picchu.
De Colca Canyon
Eenmaal de hoge pas over op weg naar het zonnige Chivay start nietsvermoedend ons avontuur in de Colca Canyon. Eén van de diepste canyons ter wereld, hoewel de minder bezochte buur-canyon Cotohuasi ook hoge ogen gooit.
Het toeristische Chivay voorbij wordt het landschap al snel spectaculairder, de kloof dieper, de dorpjes authentieker met stoffige straatjes en de meest schattige baby alpaca’s. We rijden in ons super-gele taxi langs de prachtige Colca Lodge, wat een ligging, een plaatje!
Vleugels met een spanwijdte van ruim drie meter, echt fantastisch!
Wij gaan verder de kloof in; het diepste punt aan de zuidkant van de kloof staat bekend om de ideale thermiek voor de condor. Ik had al eerder condors mogen aanschouwen op mijn wandeltochten in Patagonië maar ik moet zeggen op deze plek zie je ze echt prachtig, van boven af waardoor je de vogels met vleugels met een spanwijdte van ruim drie meter prachtig kan bewonderen, echt fantastisch.
In Cabanaconde gaan we dan per voet verder; het idee is om hier de canyon in te gaan en langs de andere kant een stuk te lopen om vervolgens weer de diepte in te duiken naar een ware oase, Sangalle. Ik heb er zin in: de eerste dag zal wel een makkie zijn, denk ik nog, want vooral naar beneden lopen over de hellingen bezaaid met cactussen, dat gaat toch wel lukken.
Echter diep in de kloof met de Colca rivier al in zicht is de hitte enorm en er is geen schaduw, het wordt afzien! Maar de verkoeling van de rivier is groot en eenmaal in de Indiaanse dorpjes aan de andere kant tussen de fruitbomen lijkt het een heel andere wereld.
De volgende dag bereiken we de oase compleet met palmbomen, varens en orchideeën en verkoelende natuurlijke baden; wat een heerlijke plek met overnachtingplekken als Cielo Azul, de blauwe hemel en Paraiso, het paradijs. En dan de steile kloof weer omhoog aan de zonkant; om vier uur in de ochtend staan we op om de race tegen de zon te lopen en koel met vermoeide benen komen we weer boven uit net op tijd voor het ontbijt.
De authentieke Inca trail
Op naar het volgende avontuur, de ’trek der trekkings’ in Latijns-Amerika volgens velen: de Inca Trail. Je kunt vanuit Cuzco of de Heilige Vallei vele trekkings maken de hoge bergen van de Andes in, veelal langs oude Inca paden en overblijfselen uit de Inca tijd maar de klassieke variant met als eindpunt Inti Punku (Sun Gate) bij Machu Picchu bleef op mijn bucket lijst staan. Dus eindelijk de stoute wandelschoenen aangetrokken en op tijd de permits aangevraagd.
De eerste dag is a piece of cake
We starten in de Heilige Vallei en hebben we ons net laten pamperen in het luxe Aranwa resort, de beste van de keten, veel keuze uit kamertypes, het hotel is gebouwd rondom een kapel met een heerlijk landgoed eromheen. Topper.
De start is licht en optimistisch, iedereen heeft er zin in: onze mede-wandelaars, een veel jonger Argentijns stel, onze super gids Paco en de zwaar te bewonderen dragers uit de naburige Indiaanse nederzettingen die onze tenten en een ware keuken met eten met zich mee dragen. En inderdaad de eerste dag is a piece of cake.
Machu Picchu in al zijn praal en glorie; daar loop je graag vier dagen voor
De twee opvolgende dagen zijn superzwaar maar ook ongelofelijk mooi. Er zijn vele aanbieders van de Trail maar ik ben aangenaam verrast door onze organisator: mooie rustige plekjes om te kamperen, geweldige gids die de Inca’s doet herleven en uitstekende keuken met steeds weer verrassingen. Echt geraakt ben ik door ons dragers team, bescheiden jongens die ongelofelijk hun best doen om het ons zo comfortabel mogelijk te maken.
De ontlading komt daarboven bij de Sun Gate in de vroege ochtend; hoewel bewolkt, sta ik daar toch met tranen in de ogen. Na een uurtje trekt de mist op en alle verwachtingen worden waargemaakt Machu Picchu in al zijn praal en glorie. Het wordt snel drukker met bezoekers maar wat een moment; daar loop je graag vier dagen voor…