Afgelopen september bezocht ik Sri Lanka, een bestemming die volop in de belangstelling staat. Niet alleen 'Wie is de Mol' werd er vorig jaar opgenomen, er is ook een groeiend aantal reizigers dat met veel plezier het land verkent of er terugkeert na een eerste bezoek.
Mijn eerste indruk is er één van regen en hoge vochtigheidsgraad als ik in de avond na het verlaten van de luchthaven de buitenlucht in loop in Colombo. Een snelle transfer naar Negombo volgt. Ik ben benieuwd hoe Sri Lanka er bij daglicht uit zal zien.
Als ik de volgende ochtend de gordijnen open, schijnt de zon en is het een stralende dag. Het strand ligt er prachtig bij en de zee is kalm. Negombo is in feite een lange kustweg met daaraan hotels gelegen aan het strand. Ga echter op verkenning uit want de vismarkt is interessant met zijn lange rijen vis die liggen te drogen in de zon. Bootjes varen af en aan om hun lading te lossen en vis wordt direct in de open lucht verkocht. Dat Negombo ook een historisch verleden heeft, zie je terug bij een bezoek aan de kerken en de kanalen die in de V.O.C. tijd door de Hollanders zijn aangelegd. Negombo voelt ontspannen aan en ik was er graag nog een nacht gebleven maar het binnenland lokt.
Het is toch wel luxe om je door het land te laten rijden, heerlijk ontspannen de landschappen aan je voorbij laten te laten glijden en onderweg te worden bijgepraat door de gids die tevens de chauffeur is over het land, de bevolking en de geschiedenis. Onderweg kleine dorpjes, hindoe tempels maar ook grote, indrukwekkende Boeddha beelden en kerken. De verschillende religies leven hier in vrede naast elkaar en hoewel mijn gids boeddhist is, gaat hij net zo makkelijk een hindoe tempel in om er een zegen te halen. Dat is nog eens een goed voorbeeld van verdraagzaamheid en het voelt prettig aan. De infrastructuur is goed en gelukkig keren de vele overstekende honden net op tijd om als we aan komen rijden…
Al gauw maak ik kennis met de culturele driehoek, een gebied met indrukwekkende bezienswaardigheden als Anaradhapura, een groot boeddhistisch complex met een heilige bodhi boom. Hier dezelfde devotie die ik een paar jaar geleden ervoer tijdens mijn bezoek aan de Mahabodhi tempel in Bodh Gaya in India, één van de belangrijkste pelgrimsplaatsen voor boeddhisten. En laat nu net tijdens mijn bezoek aan het museum van Anaradhapura de natte moesson los barsten. Een uur lang dondert en bliksemt het en lijkt het of de hemel naar beneden komt. De vijver stroomt over en de vissen zwemmen mee naar buiten. Als de regen ophoudt en de plassen al snel weer opdrogen, liggen de vissen naar adem te happen op het droge. Een monnik zorgt er voor dat ze weer veilig in de vijver terecht komen.
Bij Anaradhapura verblijf ik in Ulagalla, een zeer fraai resort met 20 luxe villa’s gelegen in een landelijke omgeving. In de vroege ochtend zie ik tijdens mijn ritje op de fiets op weg naar het ontbijt de apen motten vangen in het gras. Een grote leguaan heeft hetzelfde insect op het ontbijtmenu staan. Het is een mooi gezicht.
"Nee", zeg ik tegen de gids.. "Sigirya Rock ga ik niet beklimmen…"
Ik was net langs de tent van het Rode Kruis gelopen en die zal er niet voor niets staan, denk ik. De enorme rots met op de top overblijfselen van een paleis van een vroegere koning boezemt ontzag in vanaf het eerste moment dat ik hem zie. Maar ja, dan sta je daar en laat je je overhalen en begint aan de klim. Halverwege in de grotten de prachtige fresco’s en dan uiteindelijk toch doorzetten naar de top. Eenmaal boven is het uitzicht schitterend! Je kunt je bijna niet voorstellen hoe hier een koning moet hebben geleefd. Het was de moeite en de pijnlijke kuiten meer dan waard.
Sri Lanka is natuurlijk ook het land van natuurbeleving. Mijn eerste ervaring komt in Minneriya Natonal Park. Vooral in de droge periode van juli tot augustus worden hier grote kuddes olifanten waargenomen die verkoeling zoeken in de dan nog volle waterpartijen. Ook ik zie de olifanten, in mindere getale, maar daarom niet minder indrukwekkend.
De reis brengt me ook naar kustplaats Trincomalee waar tot ongeveer vijf jaar geleden de Tamiloorlog nog aan de gang was. Het is nu één en al bedrijvigheid. Er worden veel resorts gebouwd om te voldoen aan de groeiende vraag naar accommodatie. Trincomalee is een goede plek om in onze zomermaanden te verblijven. Walvissen zwemmen er in die periode voor de kust en je kunt er vanaf Pigeon Island prima snorkelen. Veel (vaak) grote resorts hier met prima faciliteiten. Zelf verblijf ik in Jungle Beach, een kleiner en meer speciaal resort met mooie hutten en een zeer goed openlucht restaurant. Het geluid van de golven is een plezierige wekker in de vroege ochtend. En een wandeling langs het dan nog verlaten strand maakt het begin van de dag nog aangenamer…
Kandy is de belangrijkste stad in centraal Sri Lanka. Het doet gezellig aan met veel bedrijvigheid. Veel van de hotels zijn tegen de heuvels aan gebouwd. Je hebt dan ook vaak een prachtig uitzicht over de stad of de Mahaveli rivier die door de stad stroomt. Kandy House is zo’n mooie residentie die nu is omgetoverd tot hotel. De uitstraling is klassiek romantisch en de service heel persoonlijk. Ook boetiekhotel Elephant Stables mag er zijn, en het is geschikt voor gezinnen met kinderen want er is een prima familiekamer en een zwembad.
In Kandy bezoek ik natuurlijk de Temple of the Tooth waar een tandrelikwie van Boeddha wordt bewaard. Het is er een drukte van jewelste, een mengelmoes van monniken, toeristen en gelovigen. Trappenhuizen zitten vol met mediterende mensen, er worden bloemenoffers gebracht, buiten luisteren toehoorders naar een preek van een monnik… De sfeer is er één van devotie en sereniteit maar tegelijk van positieve bedrijvigheid.
Al snel na vertrek uit Kandy verandert het landschap en zie ik de eerste theeplukkers. Vrouwen op een steile heuvel met een mand op de rug waar de theeblaadjes in worden verzameld. Zwaar fysiek werk in een idyllische omgeving. Thee is een belangrijk exportproduct van Sri Lanka. De Britten introduceerden er de productie van en lieten fraaie buitenhuizen bouwen tussen de theevelden waar ze met hun familie in aangename temperaturen konden vertoeven tijdens de afmattende hitte in Colombo. Nu zijn veel van die theebungalows omgebouwd tot hotel en ook ik breng een nacht door in zo’n pareltje. Ik geniet van een heerlijke kop Dilmah thee.
Zeer indrukwekkend zijn de vergezichten in Ella, een plaatsje dat ik passeer op weg naar de oostkust. Het lijkt op een hippiedorpje met zijn schattige cafeetjes en eethuisjes. Het trekt vooral liefhebbers van wandelen, van stévig wandelen, want de klim naar de top van Adam’s Peak (2.243 meter hoog) is niet voor iedereen. Ik geniet hier vooral van het schitterende uitzicht en kan er niet genoeg van krijgen. Het 98 Acres Resort heeft zo’n mooie ligging dat je er de hele dag op de veranda van je chalet kunt zitten en je je toch geen moment verveelt.
Echter de reis gaat verder en al snel zijn we weg uit de koele heuvels weer in de warmte beland. Een volgende natuurbeleving staat op het programma. Yala is immers het meest bekende nationale park van Sri Lanka en ik wil heel graag een luipaard zien. Groot is dan ook de teleurstelling als ik te horen krijg dat het park gesloten is door een langdurige droogte die al meer dan zes maanden duurt. Reizigers zitten verveeld in de hotels, IPads worden uit de rugzakken gehaald. Iedereen lijkt ontdaan maar ook gelaten. Niet getreurd want ik ga op verkenning in Bundela National Park. Hier geen luipaarden maar vooral vogels en ik spot verschillende soorten. En ik word bovendien beloond met een prachtige dichtbij ervaring met een olifant. Hij komt indrukwekkend afgestapt op de jeep maar stapt daarna gemoedelijk van de weg af en laat ons passeren. Het is een moment om nooit te vergeten.
Naast hotels zijn er in deze omgeving tentenkampen waar kan worden overnacht. Ik bezoek Mahoora Camping dat naast het park ligt. De tenten zijn comfortabel ingericht, het park ligt naast de deur. Natuurgidsen staan voor je klaar met informatie over de flora en fauna van dit gebied.
Een stukje Nederlandse geschiedenis komt voorbij in Galle waar het gelijknamige fort staat dat werd gebouwd in de tijd dat de V.O.C. zich bezig hield met de export van specerijen uit Sri Lanka, het vroegere Ceylon. Het fort is zeer goed bewaard gebleven en heeft ook de tsunami doorstaan. Het is een dorpje op zich met nauwe straatjes en huisjes, gebouwd in Hollandse stijl. Binnen het fort zijn verschillende hotels waar kan worden overnacht zoals The Fort Printers, Fort Bliss of het luxe Amangalle hotel.
En wat heeft Sri Lanka mooie stranden, in allerlei soorten en maten met daaraan gelegen resorts, boetiekhotels maar ook prachtige villa’s waar je samen met je gezin of vriendengroep een heerlijke tijd kunt doorbrengen. Ik overnacht in Aditya, één van die prachtige boetiekhotels aan de kust. Er zijn slechts twaalf gastenkamers waarvan de meeste met eigen plunge pool. Een klein paradijsje op aarde waar je vanaf het moment van aankomst tot vertrek wordt verwend. Een heerlijke afsluiter van een perfecte reis.
Sri Lanka is een prima vakantie bestemming, vooral door de grote verscheidenheid aan landschappen, bezienswaardigheden, flora en fauna. De te reizen afstanden zijn niet groot, de infrastructuur is goed en er is een ruime keuze aan hotels, het ene nog specialer dan de ander. Het land is eigenlijk geschikt voor iedereen, voor gezinnen met kinderen maar ook voor honeymooners en natuurliefhebbers. Activiteiten als walvisexcursies, duiken, wildwatervaren en meerdaagse wandelingen zijn op verschillende plaatsen in Sri Lanka mogelijk. En ook reizigers die op zoek zijn naar ontspanning kunnen hier heel goed terecht. Maak de reis nóg specialer en plan een stop in op de heen- of terugreis, in Dubai, Abu Dhabi of op de idyllische Malediven.